Waarom ik als burgemeester aan de alarmbel trek

Als voorzitter van de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) en als lokaal bestuurder, burgemeester van Genk, trek ik aan de alarmbel.

Door de toegenomen inflatie en de stijgende energiekosten staat het water de lokale besturen aan de lippen. Lokale besturen hebben de opeenvolgende crisissen met succes aangepakt, dit is de crisis te veel.

De lokale besturen verwachten maatregelen van de centrale overheden. Zo niet zullen we investeringen en uitgaven moeten uitstellen of lokale belastingen verhogen.

Steden en gemeenten hebben op geen inspanning gekeken om hun bevolking door de coronacrisis te loodsen of om Oekraïnse vluchtelingen op te vangen, in beide gevallen ook met de steun van de centrale overheden.

We zijn er altijd geweest voor onze bewoners, en dat willen we ook zo houden.
We krijgen veel vragen van verontruste burgers en als hun eerstelijnsoverheid verwachten ze terecht antwoorden van ons.

 

Voor de lokale besturen is het echter de crisis te veel, andere overheden moeten bijspringen.

Steden en gemeenten maken voor zichzelf al volop de oefening en zetten stappen in hoe ze de komende maanden lokaal en zelf kunnen besparen op energie én tegelijk de transitie naar een fossielvrije matschappij kunnen bewerkstelligen. Maar dit kunnen we niet alleen aan. Daarom vraagt de VVSG de hulp van de centrale overheden.

De meest recente inflatievooruitzichten van het Planbureau voor de periode 2022-2023 voorspellen een een stijging in de jaarlijkse loonkost van 16,6% in 2023, dat ligt ruim 920 miljoen hoger van in 2021. Deze enorme meerkost komt er bovenop de extra uitgaven voor energie én de kosten die nodig zullen zijn voor de stijgende hulpvragen bij het OCMW. De oplopende inflatie zorgt ook voor een stijging van de statuataire pensioenlasten én van de loonkosten van politie- en hulpverleningzones, die voor een belangrijk deel van hun financiering van de steden en gemeenten afhangen.

Dat de gemeenten door de indexeringen ook extra inkomsten zullen halen uit de opcentiemen op de onroerende voorheffing en de aanvullende personenbelasting, klopt, maar dat effect begint past deels te spelen vanaf 2023. Bovendien is de stijging van de uitgaven een stuk groter dan die van de inkomsten.

 

Wat kunnen de centrale overheden doen om de lokale overheden te ondersteunen?

De Vlaamse regering kan:

  • de groei van het Gemeentefonds optrekken tot het niveau van de inflatie zolang die niet terugzakt onder de huidige groeivoet van 3,5% per jaar;
  • zorgen voor normale indexering van de andere algemene financieringsstromen vanuit de Vlaamse overheid;

De Federale overheid kan zuurstof geven door:

  • een structurele cofinanciering van de statutaire pensioenlasten van de lokale besturen via het Gesolidariseerd Pensioenfonds; de pensioenuitgaven stijgen volgens vooruitzichten van de Federale Pensioendienst met ruim 5% per jaar tussen vandaag en 2027;
  • een robuuste financieringswet voor de lokale politie met het engagement dat de federale overheid meerkosten waarover ze zelf beslist ook zelf draagt;
  • de uitvoering van het politieke akkoord dat de federale overheid zou instaan voor 50% van de kosten van de hulpverleningszones;
  • de schrapping van de 1% administratiekosten die de gemeenten nog altijd betalen voor de -ondertussen geautomatiseerde- inning van de aanvullende personenbelasting;
  • verdere verlaging ven de btw naar 6% voor voorzieningen van lokale besturen;
  • Verdere uitbreiding van het sociaal tarief. Door de eerdere uitbreiding is het klantenbestand bij Fluvius (de ‘gedropte’ klanten) nog niet significant gestegen. De maatregel werkt dus. Omdat ook mensen die een inkomen hebben dat hoger ligt dan de inkomensgrens voor de verhoogde tegemoetkoming in de problemen komen, is een verdere uitbreiding van het sociaal tarief nodig. Dit vormt een buffer tegen grotere ellende die de OCMW’s anders op termijn moeten remediëren. Ook onthaalouders en wie in een woonzorgcentrum of assistentiewoning woont, moeten het krijgen;
  • Verdere ondersteuning van de OCMW’s via de fondsen gas en elektriciteit (wet 2 september 2002;
  • Het ter beschikking stellen van een digitaal instrument voor lokale besturen om de voorschotfactuur accuraat te berekenen als correctie op de voorschotten die energieleveranciers hun klanten voorstellen;
  • Verplichting voor energieleveranciers om hun klanten en de hulpverleners ernstig te nemen door efficiënte callcentra te installeren die snel bereikbaar en behulpzaam zijn. Maatschappelijk werkers moeten een aparte toegang krijgen om in de veelheid van dossiers snel te kunnen handelen;

De Vlaamse lokale besturen rekenen op de federale en Vlaamse regering om bovenstaande maatregelen mee in rekening te nemen de komende dagen en weken wanneer ze beslissingen nemen in de bestrijding van de huidige energiecrisis.

Lees hier de brief aan premier Alexander De Croo en Vlaams minister-president Jan Jambon. Ook alle vice-ministers kregen een brief.